In een strak stramien van drie asgrauw ingekleurde 'breedbeeld'-tekeningen per pagina verteld Tardi het verhaal van de terugtocht. Zijn vader zat in de Tweede Wereldoorlog als Franse krijgsgevangene in een Duits krijgsgevangenenkamp ver weg in Pommeren. Als de Russische troepen naderen, worden de gevangenen op transport gesteld, midden in de winter met felle wind en sneeuw. Als het niet snel genoeg gaat, krijgen ze klappen van de Duitsers. Wat volgt, is een eindeloos aantal dagen marcheren. Ze proberen de Russen voor te blijven, maar waar naar toe weten de Duitsers eigenlijk ook niet, met als gevolg dat ze achter het front in Noord-Duitsland rondjes aan het lopen zijn. Dit geeft Tardi de kans om bepaalde historische feiten uit te leggen, terwijl zijn vader over bijzondere details en gebeurtenissen onderweg vertelt aan zijn zoon. Zoals dat de krijgsgevangenen uiteindelijk de bewakers overmeesteren en een vijftal van hen ophangen. Daarna een moeizame en chaotisch tocht richting het westen en uiteindelijk het bevrijde Frankrijk; deze tekeningen zijn in kleur. Een indrukwekkend, sterk persoonlijk verhaal, dat goed is opgebouwd en historisch onderbouwd is. Niet afzonderlijk leesbaar; vervolg op het eerste deel (2012)*. Verberg tekst