In Gedumpt, het achtste deel in ‘Het leven van een loser’, staat de wereld van Bram Botermans op zijn kop. Zonder aanleiding heeft Brams beste vriend Theo ineens een vriendinnetje. Theo is geen ‘ik’ meer, maar een ‘wij’. Op school verdwijnen de twee met lunch naar de stelletjestafel, waar ze elkaar voeren, na school lopen ze hand in hand weg.
Nu klinkt de vriendschap van Bram en Theo verre van goed of gelijkwaardig, maar in het onzekere bestaan van een puber op de middelbare school is elke vriend beter dan geen vriend. Alhoewel…
In het bekende razende tempo neemt Jeff Kinney de lezer mee in de belevingswereld van een opgroeiend jongetje. Vaak gaat zijn verhaal van de hak op de tak, waarbij de schetsjes die meestal minstens de helft van de pagina beslaan ook een verhaal/cartoon op zich zijn. Bram Botermans heeft vele fans, die boek na boek schaterlachend uitlezen, zijn tegenstanders zullen ook in dit boek geen enkele ontwikkeling of groei in de personages vinden. Bram …
Lees verder
In Gedumpt, het achtste deel in ‘Het leven van een loser’, staat de wereld van Bram Botermans op zijn kop. Zonder aanleiding heeft Brams beste vriend Theo ineens een vriendinnetje. Theo is geen ‘ik’ meer, maar een ‘wij’. Op school verdwijnen de twee met lunch naar de stelletjestafel, waar ze elkaar voeren, na school lopen ze hand in hand weg.
Nu klinkt de vriendschap van Bram en Theo verre van goed of gelijkwaardig, maar in het onzekere bestaan van een puber op de middelbare school is elke vriend beter dan geen vriend. Alhoewel…
In het bekende razende tempo neemt Jeff Kinney de lezer mee in de belevingswereld van een opgroeiend jongetje. Vaak gaat zijn verhaal van de hak op de tak, waarbij de schetsjes die meestal minstens de helft van de pagina beslaan ook een verhaal/cartoon op zich zijn. Bram Botermans heeft vele fans, die boek na boek schaterlachend uitlezen, zijn tegenstanders zullen ook in dit boek geen enkele ontwikkeling of groei in de personages vinden. Bram is (en blijft in dit boek) lui, egoïstisch en gespeend van zelfreflectie.
Als in een cabaretstuk wisselen de zijsporen elkaar af, telkens terugkerend tot de hoofdlijn van het boek: Bram moet het nu helemaal alleen opknappen. Zijn huiswerk, dat tot dan toe altijd in Theo's handschrift werd ingeleverd, de tocht van huis naar school en weer terug die vol gevaren is (van hondenpoep tot agressieve jongens) en zijn naschoolse activiteiten (die Bram eigenlijk niet had).
Een simpel boek, misschien, maar de waarheid staat er toch echt op de bladzijdes: als je geen vrienden (meer) hebt, wie ben je dan? Wat doe je dan? Onbewust zullen veel pubers doen wat Bram hier systematisch probeert: de juiste schoenen — die zullen hem wel nader tot de populaire jongens brengen — zich aanmelden bij een (niet te tijdrovende, of nog erger: nerderige!) naschoolse activiteit, aanpappen met iemand die minder leuk is.
Deze pogingen pakken natuurlijk allemaal verkeerd uit, en dat is voorspelbaar, maar door de vele illustrerende tekeningetjes best grappig.
Tegen het einde van het boek is er toch een kleine wending: als Bram niet snel zijn uiterste best doet, zal hij naar zomerschool moeten. Dat wil hij koste wat het kost voorkomen. Op verschillende manieren probeert hij zijn cijfers wat op te krikken, en ja, zijn best doen is er een van — zij het niet de succesvolste.
Uiteindelijk komt alles weer goed voor Bram. Zijn bèta-project is juist binnen de deadline klaar, en een week nadat Theo en Anouk tot het ‘Schattigste stelletje’ van de school zijn verkozen, wordt Theo gedumpt.
Bram aarzelt nog wel even, zou hij Theo niet moeten laten voelen hoe het is om er alleen voor te staan? Is hun vriendschap eigenlijk wel echt? Maar die aarzeling is snel voorbij, ‘En binnen vijf seconden was alles weer net als vroeger.’
En zo is het. [Dieuwke van Turenhout]
Verberg tekst