Het grote vierkante boek Wereldkinderen behoort tot de informatieve reeks ‘Willewete’ en heeft als onderwerp de wereld. Het boek begint als verhaaltje waarin een jongetje de slaap niet kan vatten. Via een kleiner flapje kan je vanuit zijn knusse en gezellige kamer de wereld 'instappen'. Je ziet een wereldkaart met kinderen in de verschillende werelddelen die de lezer in hun eigen taal groeten. Diversiteit komt mooi aan bod: lezers leren dat kinderen op de hele wereld niet zo veel van hen verschillen en leren begrip te hebben voor anderen.
Na het verhaaltje wordt telkens op een ander continent gefocust: Europa (vertegenwoordigd door Ierland, Italië, Portugal, Zweden en Hongarije), Afrika (focus op Marokko, Egypte, Namibië en Tanzania), Azië (Japan, Bangladesh, Indonesië, India), Zuid-Amerika (Peru, Colombia, Brazilië en Venezuela), Noord-Amerika en Oceanië. Telkens vertelt een personage kort hoe zijn/haar leven eruitziet. Vervolgens lezen we op de pagina ernaast iets over stereotypen uit elk land: wat mensen daar eten, hoe ze spreken, hoe ze eruitzien, wat ze doen… Meestal zijn de tekstjes clichématig, onschuldig en positief. Enkel Ana Maria uit Colombia heeft echt een droevig verhaal: 'Ana Maria [...] heeft geen mama of papa meer. Ze verkoopt snoepjes en kauwgom om geld te verdienen.' Het is wel wat vreemd dat ieder continent opgesplitst wordt behalve Noord-Amerika en Oceanië, daar krijgen we maar één personage aan het woord.
Op deze pagina’s staan ook interessante weetjes. Zo komen we te weten waarom Aziatische kinderen spleetogen hebben en Afrikaanse kinderen een donkere huidskleur. De lezers worden ook aangespoord na te denken over hoe ze er zelf uitzien: hun neuzen, lippen, ogen, kapsels... Op deze manier kunnen ze zichzelf ook als uniek ervaren en de anderen niet meer als vreemd of anders beschouwen. Een slimme manier van Reina Ollivier om kinderen in verwondering te laten treden.
Het boekje vervolgt met een wereldfeest: twee pagina’s die je kan openvouwen zodat je een heel grote tekening krijgt waarop je bepaalde dingen moet zoeken. De interactie gaat nog verder op de volgende pagina’s, waarop een stripverhaaltje staat met het spelletje ‘Ik ga op reis en neem mee…’. De meerwaarde van deze stripvorm is niet zo duidelijk.
Het boekje vervolgt nog met slaap- en ochtendrituelen en enkele manieren om ‘slaap lekker’ te zeggen in verschillende talen. De aandacht voor talen en meteen ook de typische namen voor de kindjes uit verschillende landen zal aantrekkelijk zijn voor kleine kinderen. Niet alleen talen als Engels, Spaans en Frans komen aan bod; er zijn ook woorden in het Chinees, Portugees en Zweeds. Het is misschien jammer dat er niet bij staat welk woord uit welke taal komt, net als een wereldkaart ontbreekt om aan te tonen waar de verschillende landen zich bevinden.
Er volgen nog twee liedjes met instructies voor het zingen, net als een paar manieren om wereldmuziek te maken met eenvoudige spulletjes. Het boekje eindigt met een miniquiz.
Een gevarieerd educatief boek waarin kinderen op een speelse en soms interactieve wijze kennismaken met diversiteit. [Joke Eeckhout] Verberg tekst

In dit informatieve prentenboek leren we Tim uit Europa kennen, maar ook andere Europese kinderen (Molly, Emil, Almos en Paola) en een heleboel kinderen uit de andere werelddelen (Karim, Gunawanda, Pablo, Bill en Gerry). Er wordt gereisd over de hele wereld; zo maken we kennis met de kinderen, hun taal, hun gebruiken en gewoonten, de wijze waarop zij wonen, hun spelletjes, hun (huis)dieren, hun voedsel, hun taakjes en plichten. Halverwege het kleurige en aansprekend vormgegeven boek (met hier en daar een flap) wordt een groot feest gevierd met alle kinderen van de wereld op een dubbele, uitvouwbare pagina. Jonge kinderen kunnen op de prent veel herkenbaars tegenkomen uit hun eigen leven en ontdekken dat kinderen, al wonen zij nog zo ver weg, er blijkbaar dezelfde gewoonten op na houden. De tekst wordt aangereikt in kleine, overzichtelijke blokjes (of trefwoorden, sommige woorden staan in de taal van herkomst). Verder ‘wist-je-datjes’, een stripverhaal, twee liedjes (zonder melodie!) en een miniquiz. Groot, bijna vierkant formaat prentenboek, geïllustreerd met geanimeerde kleine tekeningen in kleur. Deel uit de serie ‘Willewete’, categorie 'de wereld, mensen'*. Geschikt om voor te lezen vanaf ca. 4 jaar; zelf lezen voor goede lezers vanaf ca. 7 jaar. Verberg tekst