J. Hodenius
Nieuwe vertaling van de beroemde Italiaanse roman (1949) over de knappe jongeman Antonio, de jongen met slaapkamerogen die wordt aanbeden door beide seksen. Het boek begint met zijn studentenjaren in Rome, waar hij de reputatie van een Don Juan geniet. Na een tijd keert hij terug naar zijn Siciliaanse geboortestad Catania aan de voet van de Etna en trouwt daar met Barbara, het mooiste meisje van de stad. Na drie jaar blijkt tot grote ontstentenis van de familie, voorop vader Alfio (die het hart op zijn tong heeft), dat Barbara nog steeds maagd is. Het blijkt dat Antonio na een avontuur met een aanbeden Duitse impotent is. De auteur, die met zijn 'Don Giovanni op Sicilië' (1941) een soortgelijke roman schreef, sluit met zijn quasi-realistisch relaas van het fascistische Sicilië aan bij de traditie van de ‘sicilianità’ (de Siciliaanse volksaard) om een bepaalde thematiek uit te drukken (hier het bespotten van het machismo), zoals in het werk van eilandgenoten als Pirandello en Verga. He…
Lees verder
Nieuwe vertaling van de beroemde Italiaanse roman (1949) over de knappe jongeman Antonio, de jongen met slaapkamerogen die wordt aanbeden door beide seksen. Het boek begint met zijn studentenjaren in Rome, waar hij de reputatie van een Don Juan geniet. Na een tijd keert hij terug naar zijn Siciliaanse geboortestad Catania aan de voet van de Etna en trouwt daar met Barbara, het mooiste meisje van de stad. Na drie jaar blijkt tot grote ontstentenis van de familie, voorop vader Alfio (die het hart op zijn tong heeft), dat Barbara nog steeds maagd is. Het blijkt dat Antonio na een avontuur met een aanbeden Duitse impotent is. De auteur, die met zijn 'Don Giovanni op Sicilië' (1941) een soortgelijke roman schreef, sluit met zijn quasi-realistisch relaas van het fascistische Sicilië aan bij de traditie van de ‘sicilianità’ (de Siciliaanse volksaard) om een bepaalde thematiek uit te drukken (hier het bespotten van het machismo), zoals in het werk van eilandgenoten als Pirandello en Verga. Het vlot vertaalde boek staat vol aanstekelijke ironie, opgefokte ping-pong dialogen en onvergetelijke bijfiguren. In 1960 succesvol verfilmd door Mauro Bolognini naar een scenario van o.a. P.P. Pasolini, met in de hoofdrollen Marcello Mastroianni en Claudia Cardinale. Kleine druk.
Verberg tekst